Dit deelonderzoek gaat over de manier waarop gedifferentieerd werken in de dagelijkse zorgpraktijk vorm krijgt. Iris Wallenburg, Martijn Felder, Roland Bal en Syb Kuijper onderzoeken dit vraagstuk aan de hand van etnografische methoden. Daarbij hebben zij oog voor het soms onzichtbare organisatiewerk dat verpleegkundigen doen. Ook is aandacht voor de manier waarop verpleegkundigen zich positioneren binnen zorgorganisaties en het beleid en het veld van de gezondheidszorg in bredere zin. De deelstudie gaat ook over waarderingspraktijken van verpleegkundig werk en de consequenties hiervan voor de beroepsontwikkeling en uitoefening van zorg. Door aandacht te besteden aan deze thema’s en door mee te lopen op verpleegkundige afdelingen binnen ziekenhuizen die vormgeven aan functiedifferentiatie – en door tussentijds inzichten te delen – draagt dit deelonderzoek bij aan een reflexieve leerpraktijk.
Daarnaast wil het onderzoek bijdragen aan theorieontwikkeling ten aanzien van verpleegkundig handelen. Verpleegkundigen en hun handelen zijn namelijk een cruciaal, maar weinig theoretisch belicht onderdeel van de gezondheidszorg. In de traditionele literatuur over professionalisme worden verpleegkundigen zelfs weggezet als semi-professionals. Daarbij ligt de nadruk op hun onderschikte positie ten opzichte van andere professies. Dit is mede ingegeven door de onzichtbaarheid van een belangrijk deel van hun werk. Tegelijkertijd worden verpleegkundigen in (internationale) beleidsdocumenten steeds vaker naar voren geschoven als 'de toekomst', om kwalitatief hoogstaande, betaalbare en responsieve zorg te kunnen blijven leveren. Deze tegenstelling verdient meer aandacht. Hoe kunnen verpleegkundigen worden weggezet en tegelijkertijd naar voren worden geschoven als de redders van de gezondheidszorg?
Om bij te dragen aan dit maatschappelijke en theoretische vraagstuk bestuderen de onderzoekers verpleegkundig werk in de dagelijkse praktijk. Dit gebeurt in samenhang met management- en organisatievraagstukken, beleidsuitdagingen en professionele ontwikkelingen. Ze verhouden zich tot verschillende wetenschapsgebieden, met name de zorgsociologie, politieke wetenschappen, feministische/kritische studies en studies naar wetenschap & techniek.